Cathrien Berghout ging in gesprek met Maria Barnas:

Maria Barnas, (1973), dichter en beeldend kunstenaar.

Introductie – past een woord in een ding?

Maria Barnas is een dichter die al kijkend schrijft, al schrijvend kijkt en zo al doende denkt.

Een goed voorbeeld hiervan is het gedicht ‘Evenbeelden’ uit haar eerste bundel ‘Twee zonnen’.

Ze is onderzoeker en met de dichtkunst als instrument tast ze de grens af tussen taal en ding.

Ze is zowel experimenteel dichter als experimenteel beeldend kunstenaar.

We willen vanavond meer te weten komen over haar onderzoeksprojecten.

Past een woord in een ding en hoe beïnvloedt het dan de vorm? 

We vertonen een (deel van een) filmpje waarin zij het woord RUBARB in glas blaast.

Ze lijkt op zoek naar mentale schimmeldraden tussen taal en beeld, die, net als tussen bomen en planten ervoor zorgen dat ze elkaar ondergronds van voedsel kunnen voorzien.

Een mooi voorbeeld uit de vele objecten die zij ontwierp, maakte, of liever, liet ontstaan, is de stolling in glas van het woord ‘SORROW’. 

Het is een zware, donkerblauwe klomp glas geworden.

Je moet SORROW beet kunnen pakken; je moet het weg kunnen geven.

‘Hollandse Meesters’

Introductie – Het schip Werkelijkheid

Wat filosofen over de werkelijkheid schrijven levert meestal saaie kost. Dichters daarentegen geven je er een werkelijkheid bij.

Ik plaats je gedicht HET SCHIP WERKELIJKHEID in een illuster rijtje:

De dichter Borges stelt in zijn gedicht ‘Ochtendgloren’ de werkelijkheid voor als een droom van de zielen die op dat tijdstip aan een zijden draad hangt.

De Poolse dichteres Szymborska laat in het gedicht ‘Utopia Met een geniale sneer zien dat de werkelijkheid zich niet tot heilstaat laat persen.

In ‘Meneer Cogito over de behoefte aan exactheid noemt Sbigniew Herbert de werkelijkheid te complex voor onze meetinstrumenten

HET SCHIP WERKELIJKHEID uit de bundel Nachtboot wordt op een niet te stoppen stroom van het bewustzijn voortgestuwd. De persoon die aan het woord is zit er als volgzaam boegbeeld aan vast en durft zich nauwelijks te bewegen.

Vraagt zich af of alles schijn is en mikt klonten gedachten naar de oever.

Vanaf de boot wordt de werkelijkheid betwijfeld en toch wordt de boot achteraf zo genoemd.

Het moment van wakker worden In ‘Momenten’, wanneer de werkelijkheid tot je doordringt met als eerste het peuteren aan een rolletje plakband.   

Maar een gedicht over het omgaan met werkelijkheid vind ik ook in je nieuwe bundel ‘Diamant zonder ‘r’’. Op pagina 70 en 71 is de werkelijkheid ronduit benauwend en beangstigend. Hier lijkt de grens naar de toekomst even te zijn weggevallen.

Die angst vind je ook bij Olga Tokarczuk, de Poolse winnaar van de Nobelprijs voor literatuur van 2018. Zij is bang dat ze de wereld droomt en dat er een rand aan de wereld is; een grens tussen zijn en niet zijn. Wanneer je je hand over die grens steekt verdwijnt die in het niets. Voor haar is deze angst tegelijk een drijfveer, zegt ze in een interview.

Marieke zou je ons over je verschillende gedichte werkelijkheden willen voorlezen?

Te beginnen uit ‘Nachtboot’ ‘Het schip Werkelijkheid’ p.11 en ‘Momenten’ p.57.en uit ‘Diamant zonder ‘r’’ ‘Ik zag mijn ziel kwikzilver’ p.70 / 71.

Introductie – Innerlijke stemmen

In het openingsgedicht van de bundel ‘Diamant zonder ‘r’’ zijn drie innerlijke stemmen aan het woord: De fontein de föhn DE SCHREEUW.

Van innerlijke stemmen weten we dat ze als eerste wakker zijn en vervolgens de hele dag aan staan. ‘s Nachts zoeken ze elkaar op, al dan niet in vermomming.

In het gedicht worden de filosofen Lacan en Luce Irigaray genoemd. Van Lacan is bekend dat hij vond dat het onderbewuste gestructureerd is als de taal.

Ik heb het gedicht een aantal keren gelezen, het horen voorlezen lijkt hier nodig voor beter begrip van de rol die elke stem heeft.

In het interview in Awater zeg je hoe jij ze benoemt: generaties feministen, de fontein is de kalme, de föhn is een twijfelaar en de schreeuw activistisch maar gefrustreerd. Waar het je om gaat, zeg je, is de voortdurende transformatie, een leven lang geboren worden.

Zou je het eerste gedicht willen voorlezen? (p.9/15 ‘Diamant zonder ‘r’’)